donderdag 13 december 2018

Thuis Ted van Lieshout


Het hoeft geen muur te zijn
met ruit en dak.
Het mag van hout
of rots
of klei
of blad
of ijs.

Een boot op het water
Ja,een wagen op reis
Een hutje mag.
een hol of een paleis.
Een schelp van slak,
een nest op een tak.
In Paramaribo
of Praag
of in Parijs

Als er maar iemand is
die roept: Kom thuis!
Ik zal het wel verstaan.
Elke taal bedoelt hetzelfde huis.

zaterdag 27 oktober 2018

Sterk Bart Moeyaert

Ik dacht dat het niet kon:
dat iets wat je niet ziet
je alle dagen draagt
en sterker maakt.
Alsof je spieren krijgt
van liefde.
En kijk, het klopt:
Het hart van oma
slaat nog altijd over
als ze opa ziet.
Maar nu hij oud is en te bed,
misschien nog net de hemel haalt,
loopt oma sinds een poosje
krommer en vraagt ze vaker
om mijn arm.
Zonder hem krijgt
ze het huis niet warm
en zelfs de hond
zakt zuchtend naast de luie stoel.
Dus is het waar
dat liefde spieren geeft
en op den duur
ook vuur.

dinsdag 28 augustus 2018

#zinin Wim den Blanken

zintuighaken
zielen raken
duivels dansen
vrolijk flansen
nieuwe paden
chocolade

Zoals Judith Herzberg

Zoals je soms een kamer ingaat, niet weet waarvoor
en dan terug moet langs het spoor van je bedoeling,
zoals je zonder tasten snel iets uit de kast pakt
en pas als je het hebt, weet wat het was,
zoals je soms een pakje ergens heen brengt
en, bij het weggaan, steeds weer denkt, schrikt,
dat je te licht bent, zoals je je, wachtend,
minutenlang hevig verliefd in elk nieuw mens
maar toch het meeste wachtend bent,
zoals je weet: ik ken het hier, maar niet waar het om ging
en je een geur te binnen schiet bij wijze van
herinnering, zoals je weet bij wie je op alert
en bij wie niet, bij wie je kan gaan liggen,
zo, denk ik, denken dieren, kennen dieren de weg.

maandag 30 april 2018

De tuinman en de dood P.N. van Eyck

Een Perzisch Edelman:

Van morgen ijlt mijn tuinman, wit van schrik,
Mijn woning in: 'Heer, Heer, één ogenblik!

Ginds, in de rooshof, snoeide ik loot na loot,
Toen keek ik achter mij. Daar stond de Dood.

Ik schrok, en haastte mij langs de andere kant,
Maar zag nog juist de dreiging van zijn hand.

Meester, uw paard, en laat mij spoorslags gaan,
Voor de avond nog bereik ik Ispahaan!' -

Van middag - lang reeds was hij heengespoed -
Heb ik in 't cederpark de Dood ontmoet.

'Waarom,' zo vraag ik, want hij wacht en zwijgt,
'Hebt gij van morgen vroeg mijn knecht gedreigd?'

Glimlachend antwoordt hij: 'Geen dreiging was 't,
Waarvoor uw tuinman vlood. Ik was verrast,

Toen 'k 's morgens hier nog stil aan 't werk zag staan,
Die 'k 's avonds halen moest in Ispahaan.'

woensdag 3 januari 2018

Vader Wim den Blanken

Mijn geweten is
onze vader
Een dader
die vanuit het hierna
maalt om mij.

Alsof hij mij
en ik hem
kan verlossen van
wat hij was
wie ik ben